jjleibbrand@hetnet.nl

Een andere versie van deze homepage vindt u op

http://welcome.to/gedichten

Regelmatig een nieuw gedicht

MEESTAL OVER HET ONDERWIJS

De volgende tekst is geplaatst op 26 september
Omstreeks 18 oktober staat er weer iets nieuws

Laatste lesuur


Zelden zo zuiver apathie gezien
als in de klas die nooit iets wilde,
nooit iets kon – waarmee geen
kracht te meten viel, die ongevoelig
bleek voor stimulans of hoon.

Voor het laatste lesuur toch een quiz
gepland, met eigen vragen over sport,
natuur en seks, vermoede handreiking aan
de belevingswereld van het niet meer jonge kind.

Als ze zich hebben ingedeeld gaat al de bel.
Ze weten alles en ze vinden niets.

Meanderlinks


Terug


Toen hij na maanden dan toch terugkwam,
was school wel als vanouds bekend,
maar alles op zijn plaats gebleven nam
hij verbijsterd waar te zijn ontwend

die nooit veranderende cirkelgang....
Uur na uur van klas tot klas, geen les
had hij daar eerder uit getrokken. Hoe lang
had hij niet gekoerst op zijn succes

zo goed te lezen en te schrijven met
iedereen die daar wel iets voor voelde....
Maar wel steeds strikter, al te nauwgezet.

Nu leek hij stuurloos, maar niet zonder roer:
hij had uitgelegd wat hij bedoelde -
een leraar, duidelijk, op zijn retour.


Zelfwerkzaamheid


Er is de keus: met zorg omringd
stil in de klas of een plek elders
om zelfstandigheid in vrijheid uit te leven.

Roerend de toewijding van hen
die achterblijven, hun voortdurend
kijken of ik zie waarnaar zij reiken.

Geen vraag zullen zij overslaan.
Geen antwoord zullen zij ooit zelf weten.


Kinderen

Al zijn ze niet af, nog niet
van het juiste formaat,
moeten ze nog groeien,

ze geven al af
op wat niet kan boeien,
hebben hun meningen
die er toe doen.

Wat zouden ze weten
als ze er eerst over dachten?

Wat zouden ze zeggen
als ze antwoord verwachtten?

Ze hinken op al mijn gedachten.


Invaluur

Ik kwam in een klas waar
al les was geweest,
misschien een klein feest.

In proppen slingerden slingers
nog rond, stonden vrolijke tafels
in groepjes te wachten, lagen
stoelen nog speels op hun rug.
Voor het bord resten krijt,
resten fruit.

"- Wat doe jíj hier in het gebouw?"
viel mij een regel Gerhardt in,
maar drukte op de gang dreef mij
niet verder in het nauw.

Een tweede klas streed om voorrang
met een derde; persoonlijk zou ik
vragen hoe dat werd opgelost.

Een kwestie van zoeken naar
de juiste man of vrouw. Ervaring
leert je waar je die niet kunt vinden.


Afstand


Viermaal hun leeftijd weet ik me
niet goed raad meer met hun
overtuiging dat zij zijn zoals zij
zijn en daaraan niet te helpen.

Anderen moeten nodig anders,
minder stom; onder nuance
gaan zij niet gebukt. Vederlicht
is hun bagage aan rechtvaardigheid,
die alleen aan pandabeer en zeehond
de doodstraf niet voltrekt.

Als geen ander zijn zij geheel zichzelf
en zitten daarbij niemand in de weg.
Wie zou daar moeten staan?


Tentamen


Als het blad te heftig terugstaart
wordt er geconsumeerd: spacekoek, liga's,
blikken fris, energiedrank uit een lieve
Nijntjesbeker - zekere correctievloeistof

voor de ziel. Halverwege brengt een moeder
nog twee trommels boterhammen en genoeg
studentenhaver voor een eenzaam feest.
Zij weet niet dat hij weet dat hij kan zakken.

Angst voor de hongerklap wordt er wel mee
bezworen, maar het geeft ook voedsel aan de
vraag of er een vaag vermoeden is dat er
ergens nog iets knaagt wat zich wil wreken.

De consument niet meer absent -
de leraar die het aanziet smult ervan.


Waarschuwing


Prijs het uur niet voor
de laatste bel gegaan is.

Vanuit het niets is er de vraag
die je na al die jaren
toch nog onderuit haalt.

Wil iemand weten wat
hij moet maken, hoe
hij moet werken, wat
hij kan weten.

Vanuit het niets,
en het raakt
kant noch wal.


Geschiedenis


Zie Het Stadsblad, rubriek Nostalgia.
Het scheelt niet veel of de foto overbrugt
een halve eeuw: dames en heren poseren
erudiet en jonger dan ze waren, ernstig,
toegewijd, misschien ook wel naïef -
vreemd, van hen dreigt geen gevaar.

Eén oogt nog even breekbaar. Ik zie hem
hoger staan, afgewend van klas en bord
en hoe hij met gestrekte arm en piepend
krijt ons zijdelings en haast met spijt
overtuigde van zijn illusieloos gelijk,
in schrift dat het bord slechts leek
te schampen: drie keer een zootje,
nauwelijks leesbaar, schots en scheef,
en dat dat is en was en blijven zal.

Hoe hij daarbij op zijn tenen stond en boog,
beschaamd haast wegkeek naar de deur.
Na zijn pensioen leefde hij geen jaar.

Dezelfde school, eender lokaal, gelijke geur,
alleen het rode podium is weg. Er gaat
geen dag voorbij of ik geef deze les.



Collega's


1)

Als ze bij de les zijn bijt hij,
als ze vragen bijt hij door.
Wie zich inbrengt brengt hij
om, slaat driftig dicht
wie zich toch openstelt.

Zo lijdt hij aan het kilste
en het stilste niet.
Als hoogspanning hem treft,
is hij voorgoed geïsoleerd.

2)

Haar lopen dreigt:
iedere stap een trap
die in de gang
al escaleert.


Na de krokus


Een week vakantie
en de klassen zijn
weer zonder naam.

Jij hier en jij daarachter
hebben wel clementie
met deze verschijnselen
van lichte dementie.

Zijn mijn trekken hun niet
al jaren wezensvreemd?


Ouderavond


Meestal zijn het de moeders -
telkens jonger voegen zij zich vriendelijk.
Daardoor vanavond nu eens niet

ouder geworden. Een vader ging groot
en vierkant voor zijn dochter staan
en stelde streng de misstand
van het laagste cijfer aan de kaak.

Is deze leraar niet
in hoogste mate subjectief?

Bijna allen heeft hij onverantwoord
lief en hij oordeelt zelfs vaak
net zo lief maar niet.


Grenssituatie


Tussen de klas en voor
de klas is niets; de scheiding
tussen het stilste en

het diepste water ligt
erachter: het bord voor
onze kop dat verklaart

hoe ieder veilig vaart
naar eigen overkant.

Tezamen of alleen -
daartussen kun je kiezen.


Die Leiden der jungen Schüler


Opdracht: schrijf een artikel over
romantiek. Geen opstand, verzet
zit hun niet in het bloed.
Protest beperkt zich tot vergeefse zuchten.
Boven bezwete vellen vluchten
elkaar de wanhoopsblikken tegemoet.
Geen spoor meer van verlichting.

Is er een antwoord op de vraag
of er een antwoord is?
Zo lijden zij wel een heel uur aan de tijd.


Smart

(Vrij naar Revius' "Hy droech onse smerten")


Het zijn de kinderen niet, o leraar, die jou sloopten,
En die verraderlijk dit hebben aangericht
Dat je bespot wordt en bespogen in 't gezicht,
En die in bitt're gal jouw dagen honend doopten.

Het zijn de klassen niet, door wie wreed werd gehoopt
Dat er een brandstapel zou worden opgericht,
Of dat de bijl, geslepen, hoog werd opgelicht,
Die jou dan wel gesard, nooit hebben opgeknoopt

Ik ben 't, o leraar, die jou dit heeft aangedaan,
Ik ben de last waaraan je ooit zult kapotgaan,
Ik ben de pestbacil waarmee je bent besmet,
Het gruwelvirus waaraan je al gaat te gronde,
De kanker waaraan je lijdt in 't procrustesbed:
Want de schuld, helaas, van politiek gedonder.



Nieuwjaarsdag


Hoe kleiner het leven
hoe groter het risico
dat de woorden zwellen:

vrouw wordt geliefde,
de kinderen spelen Oedipus
Rex, op het werk is
Sisyphus dagelijks koning.

Zo doet een leven zeer
omdat het moet.
Nooit een terloopse groet.
Altijd afscheid. Bloed.


(Dit is op Meulenhoffs Poëziekalender
het gedicht van 2 januari)


Spreekbeurt


Vijftien is zij en verklaart
abortus voor beginners.
Beeldend beschrijft zij

het gewenst effect, hier wordt
weer heel wat leven opgewekt.
Baas in eigen buik is geschiedenis

waar zij niet dol op is.
Hoe ernstig is haar standpunt
te houden wat zij nog niet heeft -

waarvoor men ruim voldoende geeft.



Herinnering


Omdat de halve klas ontbreekt,
moet de hele les dan maar vervallen.
De trouwste schare werkt voor zichzelf:
zwakken zoeken hulpeloos exacte steun,
verlies en winst leunen op een enkeling.
Fraai uitgesproken Duits klinkt overal
tussendoor. Wortschatz op zijn fanatiekst.

Schwere Wörter van voor veertig jaar
echoën mee. De beurt voor de klas
en de zo gevreesde en verdiende hoon.
Keine Ahnung appelleerde al direct
aan niets. Ik gaf me maar meteen
gewonnen en zweeg op z'n brutaalst.

Ik wist het niet en mocht ermee
gaan zitten. Tot aan nu.


Experiment


De vernieuwing wil van alles

meer zelfstandigheid, complete
vaardigheid, op de koop toe
nog beate dankbaarheid.

Dus dissen wij op wat elders
slordig werd bekokstoofd,
lijken te weten van toeten
en blazen in deze tweede

zeker niet de laatste fase.

Leerlingen gaan ervan uit
hun dak zoals dat heet.
Full house, het is een claim.

En in de kelders van
het studiehuis klaagt
een verdwaalde
steen en been.


Biologieleraar
(Bij het afscheid van Piet Haster)

Hij was geen grazer die de tijd liet duren,
geen roofdier dat zich zat vrat aan zijn prooi;
als omnivoor in zelfgekozen kooi
leek hij de evolutie bij te sturen.

Mutant van vrijwel uitgestorven ras
wist hij zijn biotoop te overleven;
al heeft hij er z’n laatste adem niet gegeven,
echt opgelucht was hij pas in een klas.....

Aandacht van wijfjesdieren had hij graag -
hij kleurde licht als je hem daarnaar vroeg,
geluksvogel, die bleek, op hoge benen,

de wonderen der schepping blij verdroeg.
Van nature stelde hij de levensvraag –
hij deed dat goed, het zat hem in de genen.


Klacht


Het milde cijfer voor zijn werkstuk
maakt hem woest; de verspilde
tijd geeft hem recht op meer
dan hij verdient, het is een heus conflict.

Een dode collega citeerde dan graag
een dode wereldleider die zei de strijd
die hij niet schuwde nooit gezocht te hebben.
De huichelaar.

Ik verman me, recht de rug
en geef vooralsnog niet toe.


Eerste les


Zeven keer vandaag het eerste
uur begonnen - geen wonder
dat het niet snel laat wordt
in mijn leven en dat het lijkt
alsof de rest ervan jaarlijks
hetzelfde blijft.

De eerste stap om school te maken:
zeven keer dezelfde trede
op de waagschaal -
wie een keer struikelt
stapt voortaan vaker mis.

Zodoende niet voor niets bekaf.
En de andere dagen volgen,
ongeacht.


Met "Eerste les" ben ik op 10 oktober 1999 deze serie gedichten begonnen.